Tijdens een sessie van de bewegingsschool laten we de kinderen op vele manieren bewegingservaring opdoen. Voor nieuwe deelnemers lijkt de sessie in het begin veeleer chaotisch te verlopen. Maar deze schijnbare chaos is een bewuste keuze van de begeleiders. We laten de kinderen bewegen in een ander dan een schools milieu: geen rijen, geen stilte, veel vrijheid en speelruimte,...
Voor de kleuters (2,5 tot 4 jaar) wordt een sessie meestal als volgt ingedeeld:
- Start op het circuit
- Begeleid circuit(pijlen volgen)
- Onderbreking (spelactiviteit tussen kind en ouder)
- Begeleid circuit (waar was ik?)
- Onderbreking (spelactiviteit )
- Eindanimatie
Tijdens alle onderdelen, gedurende elke minuut wordt niet zomaar rondgelopen, geklommen of gespeeld. Elke "oefening" heeft een specifiek doel dat door de begeleiders is bepaald of wordt nagestreefd.
De opstellingen en begeleiding zijn gebaseerd op wetenschappelijke concepten en eigen ervaring binnen onze Bewegingsschool.
Enkele trefwoorden: open en gesloten omgeving, situatie-doel-middel, BESS-concept, Alles-Altijd principe en nog zoveel meer (zie didactisch concept)
Ouders zijn bij alle onderdelen van de sessie aanwezig en actief betrokken.
Een bewegingssessie start op een omloop met allerlei toestellen en materialen, hier en daar zijn er bepaalde opdrachten op het circuit of een deel ervan.
Het kind krijgt de kans om de kennis voortkomende uit eigen ervaringen te testen en in praktijk te brengen. Niets moet, alles mag en kan (maar wij verliezen nooit de veiligheid uit het oog !).
Het kind heeft de kans om zich aan te passen naargelang zijn ontwikkelingsniveau, persoonlijkheid, eigen ritme, het "in vorm zijn" op dat moment.
De kinderen volgen de omloop in een opgelegde richting. Vanaf de leeftijd van 5/6 jaar is er wel een geleidelijke evolutie van persoonlijke begeleiding door de ouders naar meer contact met andere kinderen, ouders en begeleiders. Er wordt ook meer aandacht besteed aan de overgang van spontane naar begeleide motoriek. De begeleiders suggereren en lokken meer bewegingsvormen uit.
Wij streven er eveneens naar om het kind naast vaardigheden op bewegingsvlak ter verbetering van de algemene motoriek ook op psychosociaal domein vaardigheden bij te brengen die hen in hun ontwikkeling als kind kunnen vooruithelpen.